Er is onrust in huis. We wilden even weg met de hond, maar Paul rent de trap op en weer af maakt zoekende bewegingen. Jaszakken kiepen binnenstebuiten. Wat op het bureau boven ligt vliegt de lucht in door maaiende handen.
‘We kunnen nog niet gaan hoor, ik kan m’n portemonnee niet vinden!’
Dat gebeurt wel vaker en dan blijkt hij gewoon in de jaszak of op tafel te liggen. Wacht. Had ik hem daar ook niet gezien? Ja, maar wanneer was dat dan ook al weer? Niet vandaag dus, dat is duidelijk. Nu zwerft het ding nergens. ’Shit’. Paniek slaat toe, want alles zit in die portemonnee. ‘Dan ben ik alles kwijt! Pasjes, rijbewijs, kenteken… Alles!’
Een dag eerder waren we bij Horbach, schroefjes kopen en dat soort dingetjes. Ik word altijd nerveus als ik zie dat Paul zijn portemonnee in zijn achterzak stopt. ‘Zou je dat nou wel doen?’ is mijn bezorgde vraag dan, en doorgaans krijg ik gelijk en belandt het ding in alsnog mijn tas.Gisteren niet. ‘Oh, ik heb hem wel in de gaten hoor,’ zegt Paul, met een onbezorgde klap op zijn achterzak. ‘Komt goed.’Het kwam dus niet goed. ‘Ben ik dan daar gerold?’ vraagt hij paniekerig. ‘Of is hij toch uit m’n zak gevallen?’Kan. Feit is, dat hij vanaf ons bezoek aan die zaak zoek is.
‘Shit.’ Even terug naar Hornbach leek onzinnig. ‘Nee, ze graaien hem leeg en dan gooien ze hem gewoon weg…’
Dat is inderdaad wel waarschijnlijk. En ik heb me ingehouden. Geen enkele keer is ‘Zie je nou wel. Ik zei het toch?’ van mijn lippen gerold. Snel pasjes blokkeren dan maar, dat leek mij het beste. En nieuwe aanvragen.
Tegenwoordig is dat helemaal niet meer zo ingewikkeld. Alles kan online en al snel knapte het humeur ook weer op. Een snelle controle liet zien dat er niets met de bankrekeningen gebeurd was en dat was natuurljk wel een opluchting. Maar toch. Het kost allemaal weer extra geld.
De hele week zien we steeds overal die geldbuidel ergens liggen. Het zal toch niet? We vliegen er dan elke keer op af, maar nee, natuurlijk niet.Hij is echt weg. Foetsie. Verdwenen.
Na een week was alles weer vervangen inclusief de portemonnee zelf; alle pasjes, pincodes, rijbewijs en kentekenbewijs stroomden binnen.
‘Doe maar nooit meer in je achterzak’ Ik kon het niet laten om dat toch te zeggen en vang een klein vleugje spijt op in zijn blik.
Vanmiddag kwam ik van een wandeling met Mickey terug toen Paul onmiddellijk zijn mobiel onder mijn neus duwde. Zijn grijns was breed. ‘Kijk!’
Ik snapte het eerst niet, maar toen drong het tot me door. Een berichtje van zijn broer dat mijn deed openvallen
Wat?!
‘Mocht je je portemonnee zoeken, die ligt bij Hornbach’, staat er. ‘Als gevonden voorwerp.’
Het zal toch niet?
Het was zo. En alles zat er nog in.