Hek

‘Morgen 8 uur komt hij,’ meldt onze huisbaas opgewekt.
Wat? Ja, we wilden het zo snel mogelijk, maar morgen is het zondag. En dan 8 uur?

De achterkant van onze tuin is een afgrond, oplopend van één tot twee meter. Maakt niet uit, denk je dan, maar nu hebben we Mickey, onze vrolijk, energieke hond die graag onbesuisd rondjes rent, achter katten of ballen aanstuift en balancerend op het uiterste randje met Hoofdhond Skylos communiceert. Hij is nog nooit in de afgrond geduikeld, maar dt houden we ook liever zo.  Het gevoel is hetzelfde als indertijd met de jongens. Voortdurend oppassen en nooit achteroverleunen.
Dus er moet een hekje komen, wat trouwens ook geruststellend is als ik daar in de moestuin werk.

Maar een hekwerk plaatsen op een betonnen richel gaat ons niet zelf lukken. We vragen huisbaas Kyri om advies. Hij is altijd bereid om te helpen en hij kent mannetjes voor klusjes. Hij  belooft ons direct eentje daarvan te gaan benaderen. 
‘Ik ben je niet vergeten hoor,’ appt hij me twee weken later. ‘Ik verwacht een telefoontje van iemand die het zou kunnen doen en dan kom ik met hem samen kijken. Hopelijk vóór vrijdag.’
Ha. Dat hebben we eerder gehoord in dit land – ‘vóór vrijdag!’ De vraag is echter: wélke vrijdag? Het is dan ook nog een of twee vrijdagen verder als Kyri zijn komst aankondigt voor de volgende dag. Dat is inderdaad een vrijdag.

Giannis, de klusjesman, komt uiteindelijk alleen, door wat misverstanden onderling, een uur later dan afgesproken, maar wat geeft het. Vriendelijk lachend, Grieks relaxed meet hij de zaak op. Hij spreekt geen woord Engels, maar wij wel wat woorden Grieks en we komen er prima uit. Hij gaat een berekening maken en ons dan bellen.

Het zal nu wel even duren, is onze verwachting. Maar hoe groot is de verrassing als Kyri ons de volgende dag opgewekt meldt dat Giannis er morgen zal zijn. Zondag dus. Hij had een beetje gesputterd dat hij het druk had. ‘Maar dan kan het wel weken duren’, zegt Kyri,. ‘Dus ik heb wat aangedrongen om het tussendoor te doen. Morgen komt hij. Om 8 uur.’
Zondag? Om 8 uur? Heel zachtjes kreun ik. Maar ja, we zijn allang blij dat ons hek nu zo snel komt. 

Natuurlijk was hij er niet om acht uur. Het was rond negenen toen hij het hek door draaide. Met een hulpje, zijn zoon – of misschien kleinzoon – een geeuwende, beetje norsige tiener, die duidelijk nog liever in zijn bed had gelegen. Maar na vijf uur kalm maar stug doorwerken staat er nu een prachtig strak hek lang het ravijn.

Ik kan achteroverleunen als Mickey in de tuin dolt. Het is net als voorheen met kinderen. 

(Visited 36 times)