‘En ik ga een weekendje naar Maastricht. Met iemand’.
Ietwat besmuikt kijkt hij me aan, om zijn mond dwarrelt een raadselachtig lachje.
‘Ah,’ grijns ik. ‘Iemand. Juist!’ Meer zal mijn oudste niet vertellen, nu. Ik vraag ook niks, nu. Het zal voorlopig blijven bij deze cryptische mededeling. ‘Iemand’.
We zijn bij hem thuis om zijn verjaardag te vieren, hij heeft iets heel lekkers gekookt, als daar plotseling de mededeling is. ‘Een weekendje Maastricht. Met iemand.’
Inwendig giechel ik, want hoe nieuwsgierig ik ook ben – uiteraard – ik vind het geweldig. Mijn oudste laat geen letter meer los dan hij wil. Nooit. Er zal echt een moment komen dat er meer bijzonderheden volgen.
En ja. Het kost me een maandje zelfbeheersing, maar dan volgt er mondjesmaat meer. Mijn oudste strooit een puzzelstukje. Op Insta verschijnt een nog geheimzinnige foto zonder hoofd, in een kroeg in Maastricht, waaruit blijkt dat de vrouw in kwestie in is voor een bordspelletje, en – hier splits ik gelijk op – hoe ze heet. Ah, fluitje van een cent. Mijn digitale zoektocht levert snel een foto op, niet meer, want haar account is gesloten. Maar voor nu is dat genoeg! Van mijn scherm spat een vrolijk lachende dame met een bos donker krullend haar waar ik direct jaloers op word. Ik reageer met een hart.
Mijn zelfbeheersing houdt het daarna nog slechts krap een week uit. Ik moet het gewoon weten. Oudste zal het beslist langer volhouden dan ik.
‘Ehm…’, begin ik dus voorzichtig, ‘is er ook een foto mét hoofd?’
‘Haha!’ komt direct het antwoord.
Ik knarsetand. Hij wint, maar het kan me niet schelen. Want daar is ook een foto. ‘Mét hoofd!’ voegt hij eraan toe, voelbaar enthousiast.
Ze staan er samen op en onmiddellijk vind ik haar leuk. Haar lach straalt me toe en opnieuw prikt er jaloezie over doe mooie krullen. Oudste oogt gelukkig en dat is wat ik wil.
‘Ja, het is gezellig :)’, zegt hij. ‘Om haar even voor te stellen; N, uit U, ik ken haar via B, via haar kickboksklas.’
Hee, schakelt mijn achterhoofd. Hij heeft het heel vaag een keer gehad over kickboksen. Intussen kom ik even bij van zoveel info in één keer. Maar nu bijt ik me vast, natuurlijk. Ik vraag door. ‘Ik ben natuurlijk nieuwsgierig naar veel meer dingen.’
Dan komt zijn onbegrijpelijke vraag. ‘Waar ben je dan nog meer nieuwsgierig naar?’
Wat? Waar nog méér naar? Naar álles! Maar ik blijf rustig. ‘Nou, eh, dingen als achternaam, leeftijd, wat voor werk en zo…. Noem het maar belangstelling?’
Zijn antwoord komt binnen enkele minuten. ‘(Bijna) 31 jaar en ze werkt onder andere als Nederlands docent voor inburgeraars!’
Gaaf! Hij maakt me helemaal blij met al deze mededelingen. ‘Maar ik ben blij’, tik ik dus. ‘Ook voor jou!’ Want na twee stukgelopen relaties gun ik hem beter..
‘Haha! Dankjewel!’ reageert hij
Hier blijft het bij voor nu, ik forceer niks. Maar ook ik ben een goede puzzelaar. Met wat ik nu weet, vind ik al snel meer en wordt het plaatje steeds completer. We zien verder in oktober, denk ik, zodra wij weer in Ypenburg zijn.
Alleen – bijna 31? Wanneer precies? Dat kon ik helaas nog nergens vinden.