Het is gelukt! Het doucheputje is gekit!’
Met deze verheugende mededeling sluit Jongste een moeizaam en langdurend traject af, namelijk het dichten van een lekkende doucheafvoer.
Drie maanden geleden liep Jongste onze werkkamer in met een voorzichtig geuite mededeling.
‘Ik weet niet of het erg is hoor, maar er drupt water uit het plafond beneden. Net als een paar jaar geleden, weet je nog?’
Zeker wisten we dat nog.
‘Oh, waarschijnlijk dan weer het putje! Net als toen!’ riepen Paul en ik tegelijk. ‘Met spleet!’
Met spleet? mimede Jongste vol onbegrip
Ik ging even acht jaar terug in de tijd, toen er door een lekkage vanuit de badkamer water drupte naar beneden, de woonkamer in. Wat doe je dan? Direct onze huiseigenaar bellen, althans, het administratiekantoor. Snel stond er een loodgieter aan de deur, die direct opgewekt constateerde dat de siliconenkit rond het doucheputje aan vervanging toe was. ‘Zo gepiept hoor!’
Hij ging aan het werk, ergens in het buizenstelsel onder de vloer van de douchebak, waarbij hij op zijn knieën met zijn achterwerk omhoog lag en wij regelrecht uitzicht hadden op een forse billenspleet.
Het was inderdaad zo gepiept en hij was rap weer vertrokken, maar niet voordat hij beloofde dat het plafond beneden ook weer gewit zou worden, wat wij een prima nazorg vonden.
De kit ons ons doucheputje heeft het acht jaar gehouden. Tot nu.
‘Het drupt, ga maar kijken!’ zegt Jongste.
En inderdaad. Op exact dezelfde plek als toen komen druppels naar beneden.
Hetzelfde probleem dus weer, veronderstellen we alle drie. Een lekkende douchewaterafvoer.
De verhuurder doet ook deze keer niet moeilijk. Een week later arriveert een jongeman – geheel gespeend van humor, blijkt snel – die mij volledig negeert en strak en uitsluitend tegen Jongste blijft praten. Die heeft ten slotte de voordeur voor hem geopend en niet ik.
Uiterst plichtsgetrouw tijgt hij aan het werk, bestudeert gedurende tien minuten het putje met een camera aan een slang, de diepte in, daarna met nog een ander metertje, om vervolgens zijn bevindingen kenbaar te maken. Tegen jongste. Nog steeds ben ik voor spek en bonen aanwezig, wellicht draag ik wel mijn onzichtbaarheidscape.
De instructies die deze loodgieter over Jongste uitgiet, zijn mysterieus.
De koudwaterleiding is lek, zegt hij stellig. We moeten nu twee uur lang de hoofdkraan afgesloten houden en kijken of het dan nog steeds lekt. Zijn bedrijf zal snel bellen om een afspraak te maken voor een noodreparatie en deze informatie is dan cruciaal voor hen.
Er komen mannen om de boel in de keuken en ook boven in de badkamer open te breken, ja, en dan ook opnieuw betegelen (gelukkig zeg). Kortom, best een hele operatie. Zijn blik op Jongste is erg bezorgd.
Maar ik begrijp het niet. De koudwaterleiding lek? Die vanuit de keuken omhoog loopt? Waarom lekt de afvoer dan, op de plek van het doucheputje? Net als toen, acht jaar geleden?
Maar de jongeman let totaal niet op mijn gesputter. Hij ziet mij immers niet. Zijn taak zit erop. De koudwaterleiding moest worden geplakt en wij moeten over twee uur
bepalen of het nog steeds lekt. Punt.
‘Ze gaan u snel bellen’, benadrukt hij nog eens, uitdrukkingsloos, richting Jongste, voordat hij vertrekt.
Ik verwacht dat telefoontje dezelfde dag nog, want een noodreparatie kan niet lang wachten. Toch? Wij hebben intussen met vlijt de lekkage gedocumenteerd – het drupt nog steeds – om deze cruciale informatie meteen te kunnen doorgeven.
Maar nee, ondanks dat duurt het nog drie weken tot de telefoon gaat. Er wordt iemand gestuurd, over een week. Eerst een dag om de boel open te breken en de leiding te repareren, de volgende dag om opnieuw te betegelen en zo.
En het gebeurt. Inmiddels een maand, een kortsluiting en volgedrupte teiltjes verder, maar er komt een nieuwe loodgieter. Die al na vijf minuten met zijn indrukwekkende apparatuur én zijn conclusies weer naar beneden komt.
‘Niks met de leidingen aan de hand! Er zit daar geen lek!’ luidt zijn verslag. ‘Nee, het probleem zit bij de doucheput. De afvoerput. Gewoon opnieuw kitten en klaar!’
Zeiden wij dat al niet veel eerder?
‘Ze gaan u bellen voor een nieuwe afspraak!’ En weg is de man.
‘Het is gelukt! Het doucheputje is gekit!’
Het is weer een maand later als dit opgeluchte appje van Jongste binnenplopt. Wij zitten inmiddels in Griekenland.
‘Het was zo gebeurd! Die loodgieter had er nog geen kwartier werk aan…’
Zou het dezelfde zijn geweest als destijds, met die spleet? Ik zal het nooit weten.