Geia! Glaasje tsipoura?’
De man ken ik wel van gezicht, zijn glimlach reikt van oor tot oor. Hij had al twee linonadeglazen ingeschonken. Tsipoura uit een colafles. Gelukkig niet helemaal vol, om één uur op maandagmiddag zijn we niet zoveel alcohol gewend. Maar vandaag mag het. Sterke drank wordt gul uitgedeeld, en al helemaal op een nationale feestdag.
Onze Mickey had buiten in de tuin al heel nerveus staan blaffen. Niet gewoon bij het hek, als waakhond, maar naar boven, naar de lucht. Ik tuurde het dak af, want er kan natuurlijk iemand op staan. Maar nee, ik zag niks. Een van zijn vriendinnen begon mee te doen. Samen sprongen ze zenuwachtig heen en weer, blaffend naar de lucht.
En ineens zag ik het. Vliegers!
Kleurige vliegers, die steeds boven de daken uit piepten, eentje ging heel hoog, een andere schoot een beetje heen en weer. De honden raakten helemaal de kluts kwijt. Want wast was dát nou?
Bij mij was het kwartje inmiddels gevallen. Het is vandaag immers Schone maandag! Καθαρά Δευτέρα! Dus!
Al uurtje of zo hadden we heel vrolijk kindergekwetter gehoord, vanaf het grasveld in de dorpskern. Heel ongewoon in ons dorp, want er wonen nauwelijks kinderen. Maar wel grootouders, en op zon- en feestdagen komen de kleinkinderen daar op bezoek. Dus ook vandaag, op Schone Maandag, de eerste dag van de grote vastenperiode voor pasen. De maandag direct na het carnaval. Een officiële feestdag van de Grieks-Orthodoxe kerk. Iedereen is vrij en alles is dicht (ja hoor, we stonden weer eens voor niks voor een dichte sportschool. Haha).
Op deze schone maandag gaan de Grieken met het gezin picknicken in de natuur. En … vliegeren. Nu snap ik ineens waarom er de afgelopen dagen plotsklaps overal vliegers te koop waren.
Ook in ons dorp is het een gezellige boel. Wij gaan natuurlijk even kijken, en voor we het weten staan we mee te proosten met een glas tsipoura in de hand. Grootvaders en vaders laten vliegers op (het kind in hen is nooit ver weg), grootmoeders lopen verdwaasd met fopspenen voor de babies rond en wat moeders staan te kletsen. Mickey snapt er nog steeds niks van, hij blijft die enge vliegers uitjouwen.
En wij maken tussen het vliegeren door wat eenvoudige praatjes met deze en gene, mensen die ik vaak wel van gezicht en het dagelijks groeten ken, maar waar we nu echt even mee babbelen. Nou ja, voor zover ons Grieks dat toelaat dan en – ja! – dat valt nog best mee ook! En zo heerlijk: er is hier nooit elektronisch geweld. Geen muziekinstallatie die de pret bederft!
Met de verwarmende tsipoura in de maag lopen we rustig weer terug naar huis. En even plotseling als het begonnen was, wordt het ook weer stil. De rust is wedergekeerd in het dorp. Men gaat over tot de orde van de dag.